De beschikbare weerstandscapaciteit moet minimaal gelijk zijn aan de benodigde weerstandscapaciteit om voldoende weerstand te kunnen bieden als de risico’s zich voordoen. Deze verhouding wordt bepaald door de ratio weerstandsvermogen:
Ratio weerstandsvermogen = Beschikbare weerstandscapaciteit : Benodigde weerstandscapaciteit
De gemeente beschikt over voldoende weerstandsvermogen als de uitkomst van deze ratio minimaal 1 is.
Beschikbare weerstandscapaciteit
€14.263.000 + €255.000 + €650.000 + €850.000 = €16.018.000
Benodigde weerstandscapaciteit
€12.860.000 + €3.700.000 = €16.560.000
Deze twee uitkomsten geven het volgende resultaat:
Ratio weerstandsvermogen = €16.018.000 : €16.560.000 = 0,97
De beschikbare weerstandscapaciteit is lager dan de benodigde weerstandscapaciteit. Dit betekent dat er onvoldoende weerstandsvermogen is om volledig de gevolgen van het optreden van risico’s financieel op te vangen.
Conform het bestuursakkoord beschikken we over voldoende weerstandsvermogen wanneer de uitkomst van de ratio minimaal 1 is. Volgens de uitgangspunten in de beleidsnota reserves en voorzieningen wordt het tekort van €542.000 (dit is het bedrag dat voor een lagere uitkomst van de ratio 1 zorgt) onttrokken uit de generieke weerstandsreserve. Deze toevoeging vindt plaats in deze begroting.